Een schooldirecteur belt mij van de week met een duidelijke vraag. De startende leerkrachten en de studenten op school hebben zichtbaar te weinig kennis en vaardigheden op het gebied van taalonderwijs. De pabo geeft onderwijs over taaldidactiek, maar in de praktijk blijkt het niet genoeg. Hoewel er een nauwe samenwerking met de pabo is, besluit het bestuur iemand uit de eigen gelederen een scholing te laten geven. Helaas blijkt er niemand beschikbaar die voldoende kennis heeft of de skills om dat over te brengen aan een vrij grote groep mensen.
Scrollend door LinkedIn komt de directeur mijn naam weer tegen en dankzij resultaten uit het verleden besluit hij mij te bellen. En zo spreken we elkaar. Na een schets van de situatie stelt hij mij de vraag: wil je een inspiratiesessie voor deze leerkrachten en stagiaires komen geven. Met alle liefde, maar….. en ik slik een keer, ga ik dit echt zeggen?
Hiermee ga je je doelstelling niet halen. Hier wordt het niet beter van. Als je echt wilt dat je “probleem” wordt opgelost zul je iets anders moeten gaan inzetten. Intensiever, meer gericht op vaardigheidsontwikkeling en neem dan meteen je stagiare-begeleidende leerkrachten mee in dat traject. Dan spreekt iedereen dezelfde taal en ontstaat er geen verwarring of excuus (“Janneke zegt dit en jij zegt dat, wat moet ik nou doen? Nu weet ik het niet meer hoor!”).
Ik schets wat ik denk dat een werkend aanbod zou kunnen zijn. Een meer gericht op vaardigheidsontwikkeling, een waardoor leerkrachten daadwerkelijk goede lessen kunnen geven en keuzes durven maken in het aanbod dat ze de leerlingen doen en de wijze waarop ze dat doen.
De directeur valt even stil na mijn betoog. Ik weet het, als ik “aan” ga dan kan ik vrij overweldigend zijn. Maar ook inspirerend en tot nadenken aanzettend. We sparren even verder over hoe het er uit zou kunnen gaan zien. De directeur is aan het denken gezet en gaat geïnspireerd en vol energie het volgende directeurenoverleg in. Het heeft er alle schijn van dat hij gaat adviseren om het anders aan te pakken. Dat ga ik over twee weken horen.
Ondertussen denk ik na over de vraag of ik wel of niet die inspiratiesessie wil geven. En ik denk dat ik het antwoord wel weet: alleen als er daarna een heel goede follow up is. Door mij of het bestuur zelf. Áls er maar goede follow up komt.
Als we besluiten samen een mooi programma op te stellen dan is mijn eerste vraag: wat is het doel achter je doelstelling eigenlijk? Je vraagt kennis en vaardigheidsvergroting. Maar waarom wil je dat eigenlijk? Is dat rust in het hoofd van de leerkracht en de leerlingen. Is dat ruimte maken voor betere voorbereidingen. Is dat meer aandacht kunnen geven aan de leerlingen? Of is het nog iets anders.
Er zijn verschillende redenen waarom je aan schoolontwikkeling doet. De voor de handliggende is: beter onderwijs voor de leerlingen. Fair enough. Tuurlijk is dat een doel. Maar wat levert het verder nog op? Rust in je hoofd? Meer tijd voor iets anders? Minder belaste leerkrachten? Meer werkplezier? Ouders die blij zijn met alle aandacht die er is voor hun kind?
Wil je meer horen hier over: meld je aan voor mijn webinar over dit onderwerp: https://forms.gle/CfRKcf1rfV8tcG5n7
