Er heeft even wat tijd tussen gezeten, vakantie en zo, maar het proces vervolgt zich. Vandaag bekijk ik in IRISConnect een opname die de juf gisteren zelf gemaakt heeft. Een les over het omrekenen van liters naar centiliters, naar deciliters en naar milliliters. Enerzijds een heel praktisch onderwerp, anderzijds heel abstracte materie. Ook ik heb tot op de dag van vandaag nog het lijstje van het metriekstelsel nodig om een goede omrekening te kunnen maken. đ
Het eerste wat opvalt: de juf is duidelijk uitgerust na de vakantie. Ze heeft rust in zichzelf en dat betaalt meteen uit in de aandacht en rust van de kinderen. Haar toon is rustig, haar uitleg is to-the-point, de leerlingen reageren niet steeds op alles wat ze invalt. De juf vertelt niet alles wat in haar hoofd gebeurt en blijft bij haar les. De combinatiegroep werkt rustig door. Wat maakt het toch uit hoe je jezelf voelt. Jouw rust is hun rust!
De juf is goed voorbereid. Maatbekers, bekertjes, een literfles⊠alles is voor handen. Dat is nummer één van succes voor een les zoals deze: concreet materiaal.
Het bord achter de juf is leeg. Wat mij betreft een goed idee. Geen digibord-doorklik-dag vandaag. Een klein rijtje woorden staat op het whiteboard, dat scheelt straks schrijftijd.
De kinderen zitten er klaar voor, met een open schrift voor zich. In de reflectie die de juf schrijft bij haar opname schrijft zij: âde schriften konden wel weg of op zân minst dichtâ. Ik kan het hier alleen maar mee eens zijn. Schriften alleen (open) op de tafel als ze gebruikt gaan worden. Ze leiden de kinderen af en zetten ze aan tot invullen van de opdrachten en zo ver zijn ze nog lang niet in deze les!
Het verdelen van de liter over de bekers trekt de aandacht, de kinderen gaan letterlijk op het puntje van hun stoel zitten om mee te kijken of het wel gelijk gebeurt, of het past en hoeveel het eigenlijk is. Uiteindelijk zijn de 10 bekers gevuld en wordt uitgelegd dat in elke beker 1 deciliter zit. Juf schrijft dit op het bord.
Concreet materiaal trekt de aandacht en zorgt voor concretisering van abstracte materie. De eenheden echt laten zien en ervaren helpt ook voor het beeld van referentiematen.
Het opschrijven van de conclusie van alles wat je doet, draagt bij aan het houden van overzicht en geeft inzicht in de structuur van in dit geval het metriekstelsel.
 Wanneer de les verder gaat met: âEn als ik nou al dat water verdeel over 100 bekers, hoeveel zit er dan in elke bekerâ, wordt het te abstract en steeds lastiger te volgen voor de leerlingen. Wat ga je dan doen? 100 bekertjes vullen? Dat zou wel een herinnering voor het leven geven denk ik. Maar ook een verkeerd beeld van de referentiematen, want 100 bekers samen is geen liter. Maar wat doe je dan wel?
En dit is dus precies waar goed voorbereiden over gaat.
Doordenk wat je precies wilt uitleggen. Welke stappen moet je zetten als leerling om dit te kunnen. Bepaal wat je wilt dat op het bord komt en hoe je dat zo duidelijk en logisch mogelijk op kunt schrijven. En welke materialen hebben welke functie in je les.
Maar bovenal word ik in deze les erg bepaald bij iets wat ik van de week tijdens andere lesobservaties bedacht: leef je als leerkracht tijdens je voorbereiding echt tot in je tenen helemaal in in de leerling. Hoe zal deze naar je luisteren, wat heeft deze nodig om het te kunnen volgen. Stel dat jij die leerling bent en dit moet leren, wat heb je dan nodig? Ik zie veel leerkrachten les geven vanuit zichzelf: wat wil Ăk overbrengen. Wat ga Ăk zeggen. En ja, dat moet ook⊠maar de leerling is je ontvanger, wat heeft die nodig om goed te kunnen ontvangen? En waarom zou deze aangehaakt blijven aan je les? Oprechte interesse en inleven in de leerlingen werkt heel goed. Naast dat je de goede dingen doet, lijkt het ook wel of de leerlingen voelen dat je je best hebt gedaan hen serieus te nemen. En dat draagt pas echt bij aan leren! De motivatie stijgt en dat is een succesfactor om tot leren te kunnen komen.
Ik schrijf in IRISConnect als laatste aan de leerkracht: âAls je de feedback die je jezelf geeft en die ik geef, moet samenvatten, wat haal je er dan uit? En waar ga je de volgende les mee aan de slag?â Ik ben benieuwd wat de juf er uithaalt. Ik kan het wel bedenken voor haar⊠maar practice what you preach. Ik heb een leerling in mijn âlesâ en die bevraag ik wat ze leren wil en in het livegesprek volgende week zullen we het hebben over hoe ze dat graag leren wil.