Herfstvakantie… En dan ligt daar het verslag van het bekwaamheidskompas in de mailbox van de juf.… rode, gele en groene vakjes. Aan allerlei didactische, pedagogische en organisatorische vaardigheden is een kleur gegeven. Voldoende, goed, onvoldoende, wel gezien maar nog niet voldoende, enzovoorts. Zo’n verslag hakt er in, merk ik. Elk rode of gele blokje doet een beetje pijn. De groene blokjes vallen helemaal weg tegen de rode en de gele. De leerkracht schrijft mij: “Het kompas ontmoedigt mij flink en ik merk dat ik probeer om ermee te dealen en er mijn voordeel mee te doen”.
Een meting is soms nodig om een goede stand van zaken te kunnen opmaken. Maar het doet mij pijn te zien wat het met motivatie en zelfvertrouwen doet. Met de beeldcoaching zijn we heel bewust aan het kijken naar dat wat goed gaat en dat groter maken. Van kleine, onbewuste, krachtige dingen je grote kracht maken. Zo’n verslag roept op dat je alleen de dingen nog ziet die niet (helemaal) goed gaan. Ik las kort geleden in het Boek “Didactisch coachen” van Lia Voerman en Frans Faber (beoordelaar bij mijn beeldcoachingscertificering), dat tegenover 1 negatief feedbackpunt je 3 positieve moet zetten om een beetje te kunnen profiteren van feedback. Kennelijk zijn wij mensen vatbaarder voor negatieve feedback dan positieve. En dat blijkt wel uit de quote van deze juf.
Ik kijk terug in het door de leerkracht gemaakte verslag en mijn eigen verslag en realiseer mij dat de wijze waarop je een verslag maakt, je enorm kan helpen om te gaan met de feedback, met álle gegeven feedback. Een heel gestructureerd verslag, gestart met de gestelde doelen, helpt om een goed beeld te houden van dat wat goed gaat, wat werkt en dat wat beter kan. Je maakt er plannen in en je legt vast hoe die gewerkt hebben. De successen kunnen daarin dus ook gevierd worden en dat motiveert!
Als je lerend bent en je mooie doelen gesteld hebt, hou die dan gedurende het hele proces gestructureerd en schriftelijk bij. Je weet dan precies waar je staat. Je successen staan er ook tussen en dat helpt om je gaande te houden in je ontwikkeling.
Verder merk ik weer eens heel bewust hoeveel tijd leren en gedragsverandering kost. Dingen die je al jaren onbewust doet, moeten nu bewust anders en dat kost tijd, energie en aandacht. Het jezelf ‘erbij houden’ in de waan van de dag valt niet altijd mee. Ook als je geen opnames maakt ben je lerend, moet je jezelf alert houden op dat wat je aan het leren bent. Noors leer je ook niet als je alleen op les af en toe eens iets Noors leest of zegt (weet ik uit ervaring). Je moet het spreken, lezen elke dag!
Kies een van de doelen uit waar je vandaag bewust aan wilt werken. Maak een kort lijstje met de dingen die je heel concreet wilt doen. Bijvoorbeeld: snel starten met de les met geen verstoringen.
- Groep B kan aan de slag met automatiseringsopdrachten bij binnenkomst (opdracht op het bord).
- Start om 8.35: Groep A krijgt een zelfstandige opdracht
- Controleer of A de opdracht idd zelfstandig kan maken.
- Ik spreek verwachtingen die ik heb positief uit.
- Ik zet een timer
- Ik vraag de andere groep de spullen aan de kant te leggen
- 8.45: ik vertel het les doel aan groep B
Leg het bij je in de buurt en check of je doet wat je met jezelf afsprak. Of.. vraag een leerling je te helpen en mee te kijken op je lijstje en je daar feedback op te geven.
De juf mailt mij later deze week en schrijft: ‘Na een dip kijkt ik ook altijd weer naar de zaken waar het wel lukt’. Voor de komende 3 weken heeft ze een heel duidelijk plan. De motivatie is weer terug, dit is veerkracht! Dit is professioneel handelen. Ik neem mijn petje ervoor af…. Het is intensief, het is spannend, het is je hoofd erbij houden en het is doorbijten. We gaan samen gestaag verder met het leerproces. Daar hoort vallen en opstaan bij. En een gestructureerd verslag!